Морган Райс - Een Zoektocht Van Helden стр 9.

Шрифт
Фон

Ze leunde naar hem toe, kuste hem en glimlachte.

“Probeer ervan te genieten,” zei ze. “Het is tenslotte een bruiloft.”

Met die woorden draaide ze zich om en liep ze van de bastion af.

Hij keek haar na, draaide zich om en keek uit over zijn hof. Ze had gelijk; ze had altijd gelijk. Hij wilde ervan genieten. Hij hield van zijn oudste dochter, en het was tenslotte een bruiloft. Het was de mooiste dag in de mooiste tijd van het jaar, de lente was op haar hoogtepunt, en de zomer zou spoedig aanbreken, de twee zonnen stonden perfect in de lucht, en er stond een zacht briesje. Alles stond vol in bloei, de bomen waren een schitterend kleurenpalet van roze, paars, oranje en wit. Hij zou niets liever doen dan naar beneden gaan en zich bij zijn mannen voegen, zien hoe zijn oudste dochter zou trouwen, en pinten met bier drinken tot hij niet meer kon.

Maar dat kon niet. Hij had een hele lijst verplichtingen voordat hij zelfs maar uit zijn kasteel kon stappen. De dag van een dochter haar bruiloft betekende verplichtingen voor een koning: hij had afspraken met zijn raad; met zijn kinderen; en met een heleboel smekelingen die het recht hadden om de koning te zien op deze dag. Hij had geluk als hij zijn kasteel kon verlaten voor de ceremonie bij zonsondergang.

*

MacGil, gekleed in zijn beste Koninklijke kledij, zwarte fluwelen broek, een gouden riem, een Koninklijk gewaad gemaakt uit de beste paarse en gouden zijde, met zijn witte mantel, glimmende leren laarzen en zijn kroon—een versierde gouden band met een grote robijn in het midden—stapte door de kasteelhallen, geflankeerd door zijn bedienden. Hij liep van kamer naar kamer, de trappen af, door zijn Koninklijke kamers, door de grote gewelfde hal, met haar hoge plafond en rijen van glas in lood ramen. Uiteindelijk bereikte hij een oude eikenhouten deur, dik als de stam van een boom, die zijn bedienden voor hem openden. De Troonkamer.

Zijn adviseurs stonden op toen MacGil binnenliep, en de deur sloeg achter hem dicht.

“Ga zitten,” zei hij, abrupter dan gewoonlijk. Hij was moe, vooral vandaag, van de eindeloze formaliteiten van het regeren van het koninkrijk, en hij wilde er vanaf zijn.

Hij schreed door de Troonkamer, die hem steeds weer imponeerde, met de vijftien meter hoge plafonds, één muur geheel van glas in lood, en de dertig centimeter dikke stenen vloeren en muren. Er pasten gemakkelijk honderd hoogwaardigheidsbekleders in de kamer. Maar op dagen als vandaag, wanneer zijn raad bijeenkwam, was het slechts hijzelf en een handvol adviseurs. De kamer werd gedomineerd door een grote tafel, in de vorm van een halve cirkel, waar zijn adviseurs achter stonden.

Hij liep door de opening in het midden naar zijn troon toe. Hij beklom de stenen trappen, langs de gouden leeuwen, en liet zich in de rode fluwelen bekleding van zijn troon zakken, die geheel bewerkt was met goud. Zijn vader had op deze troon gezeten, net als zijn vader, en alle MacGils voor hem. Toen hij ging zitten, voelde MacGil het gewicht van zijn voorvaderen—van alle generaties—op zijn schouders.

Hij bekeek de aanwezige adviseurs. Daar was Brom, zijn beste generaal en zijn adviseur voor militaire zaken; Kolk, de generaal van de Krijgsmacht van jongens; Aberthol, de oudste van de groep, een geleerde en historicus, en al drie generaties een mentor van koningen; Firth, zijn adviseur voor interne zaken van het hof, een magere man met kort, grijs haar en holle ogen die altijd leken te bewegen. Hij was een man die MacGil nooit echt had vertrouwd, en hij had nooit zijn titel begrepen. Maar zijn vader, en zijn vader voor hem, hadden altijd een adviseur gehad voor interne zaken, en uit respect voor hen had hij hem aangehouden. Daar was Owen, zijn penningmeester; Bradaigh, zijn adviseur voor externe zaken; Earnan, zijn tollenaar; Duwayne, zijn adviseur voor het volk; en Kelvin, de vertegenwoordiger van de edelen.

De Koning had uiteraard absolute autoriteit. Maar hij had een liberaal koninkrijk, en zijn vader was er altijd trots op geweest dat hij de edelen via hun vertegenwoordiger een stem had gegeven. Historisch gezien was er altijd een ongemakkelijk machtsevenwicht geweest tussen het koningschap en de edelen. Nu was er harmonie, maar dat was niet altijd het geval geweest. In het verleden waren er opstanden en machtsspelletjes tussen de edelen en het koningschap. Nu was er een balans.

Terwijl MacGil de kamer rondkeek merkte hij dat er één persoon miste: uitgerekend de man waarmee hij had willen spreken. Argon. Zoals gewoonlijk was het niet te voorspellen wanneer en waar hij zou verschijnen. Het frustreerde MacGil, maar hij had geen andere keus dan het te accepteren. De wegen van druïdes waren ondoorgrondelijk. Zonder zijn aanwezigheid was MacGil nog meer gehaast. Hij wilde dit achter de rug hebben, en verdergaan met de duizenden andere taken die hem te wachten stonden voor de bruiloft.

De groep adviseurs zat tegenover hem aan de semicirculaire tafel, ieder van hen zittend in een oude eiken stoel met rijkelijk bewerkte houten armleuningen.

“Mijn heer, als ik mag beginnen,” riep Owen.

“Dat mag. En hou het kort. Ik heb weinig tijd vandaag.”

“Uw dochter zal vele geschenken ontvangen vandaag, waarvan we hopen dat deze haar schatkisten zullen vullen. De duizenden mensen die hun respect komen betuigen en u persoonlijk geschenken zullen brengen, en onze bordelen en herbergen zullen vullen, zullen ook helpen om de schatkisten te vullen. Echter zullen de voorbereidingen voor de festiviteiten ook een groot deel van de Koninklijke schatkist opeisen. Ik adviseer een verhoging van de belasting voor de mensen en de edelen. Een eenmalige belasting, om de druk van dit grote evenement te verlichten.”

MacGil zag de bezorgdheid op het gezicht van zijn penningmeester, en zijn maag kromp ineen bij de gedachte aan de uitputting van de schatkist. Maar hij zou niet weer de belastingen verhogen.

“Beter een lege schatkist en trouwe onderdanen,” antwoordde MacGil. “Onze rijkdom gaat ten koste van het geluk van onze onderdanen. We zullen ze niet meer opleggen.”

“Maar mijn heer, als we niet—”

“Ik heb besloten. Wat nog meer?”

Owen zonk terneergeslagen terug in zijn stoel.

“Mijn koning,” zei Brom in zijn diepe stem. “Op uw bevel hebben we voor het evenement vandaag de meerderheid van onze troepen in het hof gestationeerd. Het zal een indrukwekkende machtsshow zijn. Maar we hebben niet meer. Als er ergens anders in het koninkrijk een aanval zou plaatsvinden, zouden we kwetsbaar zijn.”

MacGil knikte, en dacht erover na.

“Onze vijanden zullen ons niet aanvallen terwijl we hen eten geven.”

De mannen lachten.

“Is er nieuws uit de Hooglanden?”

“Er zijn al wekenlang geen activiteiten gerapporteerd. Het lijkt erop dat hun troepen zich hebben teruggetrokken ter voorbereiding van de bruiloft. Misschien zijn ze klaar om vrede te sluiten.”

MacGil was daar niet zo zeker van.

“Dat betekent dat het gearrangeerd huwelijk heeft gewerkt, of ze wachten tot een ander moment om ons aan te vallen. Wat denk jij, oude man?” vroeg MacGil, terwijl hij zich tot Aberthol wendde.

Aberthol schraapte zijn keel, zijn stem schor: “Mijn heer, uw vader en zijn vader voor hem hebben de McClouds nooit vertrouwd. Dat zij slapende zijn, betekent niet dat zij niet zullen waken.”

MacGil knikte, hij waardeerde het sentiment.

“En hoe zit het met de Krijgsmacht?” vroeg hij, terwijl hij zich tot Kolk wendde.

“Vandaag verwelkomen we de nieuwe rekruten,” antwoordde Kolk met een vluchtige knik.

“Zit mijn zoon erbij?” vroeg MacGil.

Ваша оценка очень важна

0
Шрифт
Фон

Помогите Вашим друзьям узнать о библиотеке

Скачать книгу

Если нет возможности читать онлайн, скачайте книгу файлом для электронной книжки и читайте офлайн.

fb2.zip txt txt.zip rtf.zip a4.pdf a6.pdf mobi.prc epub ios.epub fb3

Популярные книги автора